Het Fiets jaar 2011

Voor Fietsen in Suriname is het jaar 2011 een goed jaar geweest wat betreft Mountainbike tours.   

Wij merken dat steeds meer mensen kiezen  voor deze extreme tochten met persoonlijke uitdaging. In dit nieuwe jaar, 2012,  zullen we ons opnieuw inzetten voor deze groep.

In totaal zijn er 21 geweest (in 2010 waren het slechts 8). Er werd in totaal 16 keer naar Brownsberg gereden, (MTB tour van2 of 3 dagen), 3 keer deden we de Moengo Challenge (4 dagen) , 1 keer een “vette spoorbaan tour” (2 dagen)  en 1 keer de Apoera Challenge plus (8 dagen)!  

De eerste tour van 2011

Brownsberg .

Op 2 januari 2011, toen iedereen nog bijkwam van het nieuwjaarsfeest stapte ik met nog 10 bikers op de fiets voor 6 dagen MTB tour waarin we op dag 3 de Brownsberg zouden bedwingen. Dit was een goed begin van wat er later nog zou komen.  

De laatste tour van het jaar 2011                                                                                                                                                                            

Apoera plus (8 dagen)

.Op 4 december werd de aanzet gegeven voor de laatste MTB tour van het jaar 2011.  Een tocht die al in februari was gereserveerd. Wij hadden een klein jaar gehad om ons erop voor te bereiden. Er hadden zich  3 mannen voor ingeschreven: Gerrit, een oud militair die vaker in de jungle van Suriname is geweest, Fred, een beginnende mountainbiker met karakter en Rob, een mountainbiker met  ervaring op single trail.

Vanuit vliegveld Zanderij was de start om dan na zes dagen in het dorp Apoera aan te komen. Onderweg zouden we in tenten en ook in hangmatten, ev. bij kreken en rivieren slapen.  

Op  de vroege ochtend vertrokken we per auto naar Zanderij. Daar stonden Iris en Don op ons te wachten  met een ontbijt. Na het ontbijt hebben we de jeep  (onze volgauto) ingeladen en de fietsen opnieuw afgesteld. Om negen uur in de ochtend waren we gestart voor de eerste etappe met een lengte van 70km.  Het was een vlotte start en al gauw waren bij het eerste dorp Pikin Saron, met 24 km in de benen. We zouden vanaf dat punt steeds minder tekenen zien van mensen en steeds meer natuur. De zon werd fel en de tempo werd steeds lager. Op 57km maakten we een stop bij een kreek voor wat verkoeling. Met kleren en al gingen enkelen van ons de kreek in terwijl er heet water werd gekookt voor een soepje. Samen met Rob genoten we van de warme soep terwijl we in het koude kreekje zaten. Na de lunchstop moesten we nog wat fietsen om de eerste bivakplaats te bereiken. De kont en de benen werden voelbaar. Bij aankomst op bivak namen we een frisse duik in de kreekje en gingen relexen in de hangmatten.  De jager Draaibas die met de chauffeur in de volgauto mee reisde  ging die avond het bos in en de volgende ochtend lag er een boshaas naast de tent.

Dag 2. Op dag twee werden we wakker door de geluiden van het bos. Na een goed ontbijt stapten we op de fiets om na 64km  te stoppen aan de Coppename rivier bij marrondorp Witagron. Opnieuw was de start goed en al gauw hadden we 40km in de benen zitten. Het restant was dus nog 24km. Langs de weg hebben we gekookt en geluncht.  
Nu het laatste traject. De zon stond recht boven ons hoofd. Het gebied waar we fietsten was savanne met weinig schaduw en de ondergrond was mul zand. Het was ploeteren om vooruit te komen. De fietsen begonnen ziektebeelden te vertonen.  Maar voordat we het wisten waren we bij het dorp Witagron. Het was 3 uur. We waren nat van het zweet, stoffig en uitgeput. Het was tijd voor een koud biertje en de rest van de dag werd in de hangmat doorgebracht. Voor het avondeten maakten we een wandeling door het dorp Witagron. De nacht verliep onrustig. Iets na middernacht werd onze mooie nachtrust onder de sterrenhemel verstoord door een  regenbui en moesten we verhuizen naar een van de dichtbijzijnde huisjes.

Dag 3 was een op papier, korte fietsdag. Na het ontbijt zijn we meteen van start gegaan. Om 12 uur stonden we na 50 km op de geplande overnachtingsplek voor die dag. We besloten om na een luch verder te fietsen om wat voorsprong te hebben op dag 4. En 27 km verder, langs de kleine falawatra (de brug over deze kreek stortte een week voor onze tocht in) hebben we de hangmatten gebonden en heerlijk geslapen. Het avondeten was pasta met kip in roomsaus. De heren mochten het sap van podosiri proeven. Dit zijn paarse zaden van een palm die ik eerder op de dag had verzameld. Het was een heerlijke dag.

Dag 4.Wij waren vroeg op en hadden na het ontbijt alles klaar gelegd om te vertrekken.  Het zou een mooie fietsdag worden met veel moeilijke klimmetjes. We waren opweg! Na 1km ontdekte ik dat ik de mijn rugtas met de basis onderdelen en gereedschap bij het bivak in de volgauto was vergeten. Terwijl de bikers verder fietsten ben ik teruggegaan om die op te halen.  De weg was glooiend! Lange steile hellingen was het uitzicht. Als je op weg naar top van de  de ene beklimming was kon je het volgende klimmetje al zien. Het werd ploeteren, met het verstand op NUL. Na 22 km kwam de volgauto langs. We stopten om wat te drinken en wat sultanas en appels te eten. Om ons heen konden we genieten van de verschillende vogels die opvlogen of neerstreken. De aapjes sprongen op een meter of 50 van ons vandaan de weg over. Bij een drinkpauze aan de Mozeskreek zagen we grote vissen in het water zwemmen. Ook was de aanwezigheid van een grote school van sidderalen ons opgevallen. Wij besloten een hengel in het water te gooien. En ja, een sidderaal en een vis(wrakoe) waren onze vangst. Die heb ik toen schoongemaakt en daarna zetten we onze fietstocht voort. Na heel veel klimmetjes, vele snelle afdalingen en veel mooie vogels onderweg , kwamen we op ons overnachtingsplek aan: Van Amskreek. Lekker gegeten en geslapen.

Dag 5. Op het fietsschema stond een bezoek aan Blanche Marie. Het is onze officiële rustdag.  Er stond dat we per auto deze waterval konden bezoeken. In kleine letters stond dat het ook op de fiets kon. En dat was de fietsers opgevallen! En dus gingen we op onze rustdag toch op de fiets om 20 indrukwekkende km’s af te leggen.  Ik wist dat de laatste 15 km naar de Waterval een mooi fietspad is. Dat heeft veel weg van een single trail! Al gauw kwamen de valpartijen.  Op Blanche Marie hebben wij gezwommen en gegeten en zijn toen terug gaan fietsen naar onze bivak. Op de bivak hebben we de schade geïnventariseerd.  De fietsen hadden veel te verduren , maar onze oud-militair Gerrit maakte een lelijke duik op de terugweg en hield daar een behoorlijke pijn aan over. Gelukkig geen sleutelbeen fractuur. Maar het was dapper van hem om met die  extreme pijn door te fietsen.

Dag 6. Op het schema stond nu 63 km mooi weggedeelte met hier en daar wat klimmetjes. Doordat de overheid de laatste jaren aan de weg heeft gewerkt waren de eerste gedeelten van de weg verrassend mooi in tegen stelling tot het laatste gedeelte. Dit gedeelte was kapot gereden door de tientallen vrachtwagens die dagelijks hout of steenslag over de weg rijden naar de haven in Apoera. Het was voor ons de laatste km op de fiets na zes dagen. Als een serie wagons fietsten we achter elkaar en bereikten in het begin van de middag Apoera. We hebben ons in de rivier gewassen, gegeten en gingen onze hangmat in. Die avond hebben we een heerlijke bbq gemaakt met salade en hebben in gezelschap van andere mensen er lekker van genoten. Na een paar biertjes in de plaatselijke bar was het tijd om naar bed te gaan.

Dag 7. In de ochtend, na het ontbijt, hadden we ons bij de rivier aangemeld waar de boot klaar lag. Het werd een lange maar mooie boottocht van maar liefst 6 uren  over de Corantijnrivier, MCP kanaal, en andere kleine kanaaltjes. De boot meerde aan in Nw Nickerie. We hebben ons aangemeld bij het hotel waar men op ons zat te wachten. Tijd om te douchen en daarna zochten we een restaurant op. We werden vergezeld door de vrouw en zoon van Fred die  als verrassing van Paramaribo naar Nickerie waren gekomen. Tijd om te gaan slapen.

Dag 8. We zouden in de ochtend om 7 uur ontbijten en om 7.30 vertrekken om naar Bigipan te gaan. Ik werd pas om 7.15  uur wakker terwijl de anderen al aan het ontbijten waren. We hebben dan het vogelrijke Bigipan bezocht en in de middag Nickerie verlaten om na acht dagen Paramaribo weer binnen te rijden.

Het was een mooie tocht met veel spannende belevenissen. En zo kon ik, maar ook de andere fietsers, het jaar sportief afsluiten. Wij waren klaar voor de lekkere kerstmaaltijden en de heerlijke drankjes.